
Vrijdagavond staan er al weer vroeg auto’s langs de Meerveldstraat. Dat betekent 1 ding: Raceday!
Fred, Kees, Paul en Karel zijn ons al voor en druk aan het stampen als we arriveren. De afgelopen weken hebben we tussen de funraces door ook tijd vrijgemaakt voor de tuningswerkzaamheden aan de F1’tjes. Mede vanwege de nieuwe modellen die er inmiddels bij zijn gekomen, maar ook omdat niet alle SRA-leden over zo’n iconische bolide beschikten. De derde reden is de landelijke race bij Slipstream begin mei.
De nieuwste modellen – van Policar – zijn voornamelijk Ferrari’s. De 312 uit 1970/71 met verschillende aero-packages en de brede extreme opvolger van deze auto, de 126. De Jo Siffert BRM is er inmiddels al weer wat langer en begint nu een pain in the ass te worden voor de good old Lotus 72. We zijn constant bezig de wat onervarener leden wat van de tuningbeginselen voor deze auto’s bij te brengen. Ook hier geldt: gebruik je gezonde verstand!
De F1 is ook maar een slotcar dus dan gelden dezelfde wetten. Voorkant/sleper zo strak mogelijk op de baan, voorwielen geslepen, wat speling tussen motormount en chassis. Verder zorg je dat alles mooi past en de voorwielen met name mooi vrij draaien. Dat laatste geeft bij sommige auto’s wat hoofdbrekers, maar met wat dunnere motordraadjes blijk je al een eind te komen. En als alles een beetje is gesmeerd en soepel loopt staat niets een succesvolle deelname in de weg. Tot zover dus de theorie.

In de praktijk blijken het soms wat weerbarstige rakkers. Sommigen missen stomweg de snelheid of hebben de grip niet. Het is toch vooral een zoektocht naar die laatste 0,1 tot 1,5 seconde. Achterbanden, motoren, het kunnen allemaal bepalende factoren zijn.

Dit is vooral het Policar-verhaal. Er zijn ook wat knutselprojecten. Bas heeft een paar Wingcars van Flyracing en/of Scalextric omgebouwd. Er zit een 3D-chassis onder met de fijne stille aandrijflijn van Policar. Een win-win situatie. Paul heeft een 1955 Cartrix Gordini T32 voorzien van een NSR-motor en een Slot.is achteras met wielen. Dit is ondanks de dappere pogingen niet echt een partij voor de gemiddelde Policar, die bovendien zeker 15 jaar jonger zijn.
Bij het inrijden lijkt Bas het snelst met 8.3’tjes. met Fred, Willem en ik rond de 8.5-8.6. De Ferrari’s zijn nog niet zover. Helaas is Eddy er niet bij. Die zit 4 weken(!) in Liverpool bij het Songfestival. Gezien de vocale prestaties van onze inzending hoeven we niet bang te zijn dat we hem volgend jaar weer kwijt zijn. Hoewel, je weet het nooit.

De keuring: Ieder is vrij zijn favoriete bandjes te kiezen. Er is inmiddels een groot aanbod F1-banden en -velgen. Voor Paul dus geen bandjes uitdelen, het is puur kijken en meten. Fred moet alleen even naar de pits omdat zijn voorwielen de baan niet raken. Verder lijkt alles in orde.

Kwalificatie | ||
1 | Bas | 8.514 |
2 | JanWillem | 8.589 |
3 | Fred | 8.794 |
4 | Dennis | 8.806 |
5 | Willem | 8.842 |
6 | Kees | 8.910 |
7 | Paul | 9.354 |
8 | Erwin | 10.276 |
9 | Karel | 10.291 |
10 | Herman | 14.692 |
De kwalificatie: Bij de rijders voor mij komt het er niet zo lekker uit, zo lijkt het. De BRM doet wel wat hij moet doen en dat is een 8.5 produceren. Alleen Bas blijkt met zijn lage 8.5 nog net iets sneller, maar heeft wel een uitvlieger. De rest zit al op 0,2 sec afstand of meer. Dennis is met zijn Turbo Ferrari 126 de snelste van de rode brigade.


Race 1: Edwin, Herman en Karel. Dit ziet er vooral uit als een leerschool voor de wat meer onervaren F1-rijders. Herman valt eigenlijk niet in die categorie. Hij pakt dan ook de leiding en laat aardige dingen zien. Edwin begint steeds degelijker te rijden en blijft best redelijk in het spoor. Karel – met de wat merkwaardige grote achterwielen die van eveneens grote doch smalle lichtgrijze banden zijn voorzien – op de BRM volgt op gepaste afstand. De hoge rake zorgt ervoor dat het puntje van de schoen de bodem van de gleuf lijkt te raken. Je hoort tenminste een soort ratelend geluid als hij langskomt. Verder zijn de grijsaards niet echt een wonder qua grip. Als stelregel kun je aanhouden; Breed en laag is beter qua wegligging dan hoog en smal. De kleur doet er dan even niet toe.


Race 2: Willem, Paul, Erwin (2e keer) en Kees. De Lotus van Willem is duidelijk de snelste van dit spul. Met degelijke 8.6-8.7’tjes loopt hij behoorlijk uit op de Ferrari van Kees die ongeveer 0,2 sec per ronde langzamer is. Paul zet daar dan 9.6 tegenover en Erwin zit rond de 10. Van echte competitie is dus geen sprake, al blijft het een mooi gezicht om het lawaaierige opsodemietertje van Paul Erwin’s Ferrari te zien opjagen. Hij blijft ook mooi constant tot op het laatst. Erwin haalt met zijn 4x 22 ronden net zijn resultaat van de 1e race niet.


Race 3: Bas, Fred, Dennis en JW. 4 verschillende merken, goed om zoveel diversiteit te zien. Hoewel ik goed weg ben heb ik weer eens het nakijken na de start. Snel maak ik de nodige meters goed en zit ik in het peloton, aangevoerd door Bas. Als Bas en ik alletwee even een foutje maken is Fred meteen weg, bijna een halve baan! Tergend langzaam loop ik in, maar Bas doet dat ook bij mij! Als hij “bij” is gaat het even mis en begint het opnieuw.
Fred heeft op 1 nergens last van en pakt ongeveer een halve ronde. Bas komt in de slotfase in aanraking met Dennis en na een verkeerde inzet is voor hem de lol er af. De fragiele voorvleugel, voor de race nog geplakt, is weer afgebroken. Hij trekt zich terug. Intussen probeer ik nog steeds het gat met Fred te dichten. De BRM is meestal een fractie sneller, maar de Lotus pareert dat prima en maakt bovendien geen fouten! Dat doe ik wel helaas. De betrouwbare wegligging is soms even verdwenen, de snelheid gelukkig niet.
In de afsluitende stint op baan 3 is de achterstand al opgelopen tot een rondje of 3. Ik probeer toch terug te komen. Dat resulteert in een aantal 8.4t’jes! Maar het slotakkoord is voor Fred. Op baan 4 perst hij er een 8.3 uit! “Ik had niks te verliezen dus ik ging even kijken hoe snel hij werkelijk kon!”, aldus de winnaar. Dennis kan dit niet bijhouden. De Ferrari is nog wat wispelturig. De achterbanden passen niet lekker op de alu velgen, waardoor deze wat zijdelings kunnen bewegen. Op baan 3 rijdt hij een 8.9, waar de andere drie in de 8.5 zitten. Daar zit nog wel wat sleutelruimte!

In de einduitslag is Willem me ook nog voorbij geglipt.
Fred dus 1, Willem 2 en JW 3, Kees 4… onze klassiekertjes doen het dus weer!



Race | |||
1 | Fred | 110.69 | Lotus 72 1970 – Gold Leaf Team Lotus |
2 | Willem | 107.92 | Lotus 72 1970 – Gold Leaf Team Lotus |
3 | JanWillem | 106.50 | BRM P60 1970 – Yardley Team BRM |
4 | Kees | 105.70 | Ferrari 312 B2 1971 – Scuderia Ferrari S.p.A. |
5 | Dennis | 105.68 | Ferrari 126C 1982 – Scuderia Ferrari S.p.A. |
6 | Paul | 103.23 | Gordini P32 1955 |
7 | Herman | 101.11 | Lotus 72 1972 – Lucky Strike Racing |
8 | Erwin | 93.67 | Ferrari 312 B2 1971 – Scuderia Ferrari S.p.A. |
9 | Karel | 87.57 | BRM P60 1970 – Yardley Team BRM |
10 | Bas | 27.00 | Williams FW08 1980 – Williams Grand Prix Engineering |
